28-04-2020

VERS magazine

De stem van...

Elke maker heeft een unieke stem, die wij van VERS Redactie graag willen laten horen. Binnen deze rubriek kunnen makers vertellen over alles wat hun drijft om maker te zijn. Deze keer gingen we in gesprek met regisseur Sjoerd de Bont.


De filmcarrière van Sjoerd de Bont begon in 2008 met een weddenschap met vrienden: wie zou als eerste op televisie kunnen komen? Om te winnen schreef de destijds 20-jarige Sjoerd zich in als figurant voor de serie Wolfseinde. Hij werd echter gevraagd om de broer van de hoofdrol te spelen, omdat hij wat weg had van de hoofdrolspeler. De rol van Sjoerd werd in het seizoen daarna groter, maar na het tweede seizoen hield de serie op. In de tussentijd had hij acteerlessen gevolgd, waar hij volgens eigen zeggen ‘gelukkig ook snel genoeg mee was gestopt.’ 
 
Het geluk dat niet vanzelf kwam
Toen hij in 2010 werd benaderd voor een rol in de film Levenslang, nam hij op de achtergrond de productie op zich; hij zag kansen voor verbetering. Toen de regisseur van deze film, Roel de Laat, door een scooterongeluk verhinderd was voor een aantal draaidagen, werd Sjoerd gevraagd de regie op zich te nemen. Dat beviel enorm; het maakte iets in hem los. Antonie Kamerling zou ook in deze film spelen, maar overleed vlak voor de draaidagen van start gingen. Door zijn overlijden werd voor Sjoerd duidelijk dat zij een gemeenschappelijke deler hadden gehad. ‘Ik had tot dat moment niet begrepen waarom ik periodes had dat ik niet eens van de bank af kon komen. Toen ik oude interviews met Antonie las, herkende ik me in alles wat hij zei. Ineens wist ik het: ik was al jaren depressief.’ Met dit inzicht in gedachten zocht hij hulp. Een psycholoog wees hem erop dat het overlijden van Sjoerds moeder toen hij 7 was, grote invloed had gehad. Toen de psycholoog vroeg of hij ooit gelukkig was geweest, besloot Sjoerd op zoek te gaan naar wat hem gelukkig maakt. 
 
De diepe dalen hebben bij Sjoerd deuren in zijn hoofd geopend. Hij is inmiddels 31 jaar en deinst er als regisseur niet voor terug om een zwaardere film te maken. Zo huivert hij niet bij de gedachte om een film over depressie te realiseren. ‘Dat script ligt al jarenlang klaar, voor een korte film van twintig minuten.’ Toeval of niet: hij las dat scenario laatst nog. ‘Toen dacht ik wel: dit is wel iets wat ik wil maken. Het is een dramatische thriller. Spannend op zich, ook wel mooi.’ Sjoerd valt stil, omdat hij het verhaal niet prijs wil geven. Een zwaardere film die al wel gemaakt is, is zijn jeugdthriller Pestkop. Hierin laat Sjoerd op een heftige manier zien hoe een jongen andere scholieren pest, om zijn populariteit te vergroten. Deze confrontatie hakt erin bij kijkers, maar dat is ook wat de Bont wil. ‘Ik heb best wel een zieke geest,’ lacht hij, om te vervolgen met: ‘Ik weet niet wat ik in mijn leven had gedaan als ik geen filmregisseur zou zijn geworden.’ 


Sjoerd aan het werk op de set van Pestkop.


Vanuit de acteerervaring en de acteerlessen wil hij geen regisseur zijn die alles voordoet en voorkauwt: ‘Dan worden acteurs robots die met een afstandsbediening worden bestuurd, door de regisseur. Het is denk ik belangrijk dat acteurs een gevoel van vrijheid hebben, zodat een personage samen ontdekt en ontwikkelt kan worden, uiteraard nadat ik mijn visie op een verhaal of een karakter heb gedeeld.’ Met iedere film hunkert Sjoerd naar eigen zeggen naar beweging in de shots; iets waar zijn vaste cameraman Goof de Koning erg van houdt. ‘Dat zegt ook iets over onze klik. Kijk, als je niet van beweging houdt, moet je Goof niet vragen.’ 
 
‘Ik heb best wel een zieke geest’ 
 
Op de vraag naar zijn stem als maker, is zijn antwoord kort: ‘Gruwelijk. En naar. Ik hoop dat als mensen een film van mij gaan kijken, ze er een naar gevoel aan overhouden.’ Sjoerd richt zich daarom op het ontwikkelen van thrillers. Als dat betekent dat in Nederland zijn publiek slechts uit een niche beslaat, dan is dat oké. ‘Ik heb gewoon niets met al die romantische komedies. Ik kijk ze wel, want ik wil weten wat er wordt uitgebracht. Maar het is zo saai, allemaal hetzelfde fabriekswerk. We willen toch juist niet in een fabriek staan? Sjoerd kiest daadwerkelijk voor wat bij hem past, al heeft hij ook zijn twijfels gehad over welke richting op te gaan; zelfs over zijn talent en kunde. De ommekeer daarvan kwam in 2013. ‘Nadat ik een paar succesvolle 48 Hour films had gemaakt, werd ik benaderd door gerenommeerde producenten. Ze waren geboeid door mijn werk. En ik dacht: ik doe kennelijk iets goed.’ Deze films produceerde hij ook zelf, maar uiteindelijk wil Sjoerd toe naar een samenwerking met producenten vanuit zijn rol als regisseur. ‘Dat is het grotere doel.’ 
 
Het vinden van cast en crew is iets wat Sjoerd steeds makkelijker afgaat; iets wat hem zichtbaar gelukkig maakt. In het begin was dat een struikelblok, omdat Sjoerd geen achtergrond heeft qua filmacademie of iets in die richting. Volgens hem hielp het om meerdere keren de samenwerking aan te gaan met dezelfde mensen. Met sommigen werkt hij al sinds 2013 samen, van anderen nam hij afscheid. ‘Gaandeweg ontwikkelde ik betere films en ik merkte dat sommige crewleden dat niet konden bijbenen. Dan zijn het weliswaar hele aardige, lieve mensen, maar de samenwerking kan dan eindigen.’ Voor de film Pestkop kon Sjoerd zijn mensen financieel weinig bieden: hij vroeg of ze vrijwillig mee wilden doen. Voor zijn nieuwste filmproductie – waarvan de draaidagen zijn uitgesteld door de coronacrisis – heeft hij wel budget. Dat doet hem goed. ‘Vanuit mijn rol als producent wil ik altijd dat mensen verwend worden op mijn set, want dan komen ze graag terug. Daar probeer ik altijd zorg voor te dragen.’ 
 
De weg van het succes
'Of succes een maker verder brengt? Die vraag heb ik wel vaker gehad, maar ik weet niet wat er was gebeurd als ik geen prijzen had gewonnen.’ Wat een ander van zijn films vindt is voor Sjoerd niet het belangrijkste. Uitgangspunt is iedere keer dat hij er zelf een goed gevoel aan over wil houden. Voor hem is succes daarom niet zozeer een doel, ook niet als hij prijzen wint. Hij ervaart wel dat investeerders sneller over de brug komen met budget als er reeds bewezen succes is. Wellicht heeft hij daarmee de sleutel van zijn eigen geluk te pakken.

Tekst: Wouter Springer

 

 

VERS VOLGEN

     

SCHRIJF JE IN
VOOR DE NIEUWSBRIEF